Ja, schrijven! Letters die woorden vormen waarmee zinnen worden gebouwd. Zinnen die zich aaneenrijgen tot een verhaal. Woorden die – afhankelijk van de plek in een zin – op verschillende manieren kunnen worden geïnterpreteerd. Dat is wat een schrijver doet: spelen met letters en woorden om een emotionele reactie bij de lezer uit te lokken. Wat voor reactie dan ook. Want wat voor de een puur genot is om te lezen, daar kan een ander zijn neus voor optrekken. Ieder mens is nu eenmaal uniek in het ervaren van impulsen die door de buitenwereld op hem worden afgevuurd.

Het zal de schrijver er niet van weerhouden om opnieuw zijn vingers over het toetsenbord te laten gaan en nieuwe woorden te vormen die bepaalde emoties bij de lezer oproepen. Want schrijven is als een hardnekkig virus. Zit het eenmaal in je bloed, dan kom je er maar moeilijk vanaf. Als de schrijver dat al zou willen. Het bouwen van een wereld die niemand kent, is nu eenmaal iets magisch. Het is alsof je daar werkelijk bent. Je voelt de verschroeiende wind bij een bosbrand en je zicht wordt belemmerd door rook en as. Je hoort het klateren van een waterval. Je ruikt de rottende lichamen die achteloos door moordenaars zijn achtergelaten. Je ziet dingen die de menselijke geest nauwelijks kan bevatten, maar die je als schrijver met de lezer wilt delen. Zo werkt het bij mij, tenminste.

Zo heb ik mijn Kit Guardner-serie geschreven. Elk verhaal een nieuwe planeet, een nieuwe wereld, met alle eigenaardigheden van de bewoners. Soms met een atmosfeer die gelijkwaardig is aan die van onze Aarde en soms zodanig dat Kit daar niet zonder speciale maatregelen kan rondlopen. Het is dat stukje techniek dat ik zo graag in mijn verhalen stop. Techniek die zelfs heel subtiel in mijn tweeluik Drakenbloed en Drakenspoor voorkomt.

Toch gebeurt het dat je als schrijver wel eens in het nauw zit. Dat het door omstandigheden in je persoonlijke leven even niet wil lukken om het verhaal achter elkaar uit je mouw te schudden. Bovendien vergt het moed om telkens weer diep in jezelf te reiken naar dat specifieke gevoel dat je wilt overbrengen. Dan is het hard werken om de feeling met je verhaal niet te verliezen. Elke dag een klein stukje schrijven helpt. Of, zoals mijn oma vroeger zei: “Hapje voor hapje, zo eet je een olifant.”

 

Pepper Kay

 

Pepper Kay is de schrijversnaam van Liesbeth Korsman. Ondanks het feit dat zij als vertaler van technische documentatie vrijwel haar gehele werkzame leven al bezig is met taal, was het pas in 2010 dat zij een onvermoede liefde voor het schrijven van verhalen ontdekte.

Inmiddels heeft Pepper zeven boeken op haar naam staan. Vijf daarvan maken deel uit van de SF-serie over interstellair privédetective Kit Guardner: ID-crisis, SlangenkuilVuurstormDoodvonnis en Maalstroom. Daarnaast laat zij met haar boek Drakenbloed zien dat zij ook een wereld mét magie weet te creëren en heeft zij met Drakenspoor een vervolg op dit verhaal geschreven.

Ik ben Alexander, bouwjaar 1973. Ik lees graag thrillers en fantasyboeken. Zelf schrijf ik korte verhalen, doe mee aan schrijfwedstrijden en werk aan mijn eigen boek. Ook ben ik bouwkundig tekenaar en hou ik van Formule 1 en wielrennen.

Leave a Reply

  • (not be published)